Presenteren draait niet om de trucs en tips die je kunt aanleren. Daarmee ‘overleef’ je hooguit het podium of de camera. Maar waar het écht om gaat is of jij iemand inspireert. Zorg dat je eigen engagement en bevlogenheid voelbaar zijn in je betoog. Dat kun je trainen. En alleen dán ga je je publiek inspireren.

Transcript van de video: Al heb ik een positieve natuur, als het op speechen aankomt zie ik toch maar weinig goede talks. Ja, online. Met grote kijkcijfers, daar vind je goede presentaties. Maar in werkelijkheid, als we naar een congres gaan of naar een meeting bij een bedrijf, dan valt het tegen met de speech-kwaliteit. En ik heb me altijd afgevraagd: waar komt dat door? Wat is de factor die het ene verhaal goed maakt en mij bij het andere verhaal laat afdwalen? Je kunt analyseren hoe goede speeches in elkaar zitten. Maar de hoofdzaak van alles is vrijwel altijd de mindset van spreker zélf.

paniek

Een spreker die niet gewend is om op te treden, raakt per definitie een beetje in paniek. Het is gewoon geen fijne situatie. Je wordt op een podium enorm uitvergroot, zodat alle aandacht naar jou uit gaat. Je microfoon versterkt hetgeen jij zegt, slikt en ademt. Er hangt een groot scherm achter je, waarop je gezicht is uitvergroot. Dat maakt het natuurlijk niet relaxter. De state-of-mind van de spreker, kan makkelijk doorslaan naar die ene kant van de schaal, waar blinde paniek heerst. Een situatie waarin je je tekst kwijt bent, in een black-out verzandt en gaat schutteren tegenover je publiek. Dat is een vreselijke situatie. Dan ga je tenslotte met een vervelend gevoel het podium af.

Aan de andere kant van die schaal zie je de inspiratie-modus. Daar staat de spreker die het publiek inspireert. En beseft dat je iets moet brengen waar mensen waarde aan hechten. Hoe kom je nu vanuit die paniek-modus in de inspiratie modus? De meeste mensen denken, dat als je vanuit de paniek-modus opschuift in de goede richting, je vanzelf vrij snel inspirerend bent. Maar helaas is dat niet zo. Er zit nog één fase tussen waar lastig aan te ontsnappen valt. En dat is de survival-modus. Veel sprekers hebben zo’n modus gevonden, waarin ze denken: dit lukt me wel. Ik doe mijn verhaal, een beetje op automatische piloot en intussen kan ik nadenken over mijn ademhaling, waar ik mijn handen laat, hoe ik over het podium loop. En dan heb ik mijn oncomfortabele gedachten onder controle. Zo blijft de paniek in een onzichtbaar keldertje.

glimlachen

Maar dat is niet de modus die je hebben moet. Dit is dus de survival-modus en iedere kijker voelt dat. De spreker is niet echt geëngageerd betrokken bij wat hij zegt. Maar in afwachting van het einde van de talk. En eerlijk gezegd, het publiek is dat dan ook. De meeste speeches die je ziet, komen voort uit deze mindset. Goede sprekers zijn geëngageerd en inspirerend. Daarbij gaat het publiek glimlachen. En die energie voelt de spreker ook. Dat is wat spreken in het openbaar zo verslavend maakt. Bij de training mogen we niet in de survival-modus blijven steken, want de inspiratie-modus moet het werk gaan doen. Ben je zelf geïnspireerd, kun je ook anderen inspireren, daar komt het op neer.